Franchise supermarkten worstelen met prijsperceptie in coronatijden

Significante prijsstijging

Het verbod op promoties, dat in Belgische supermarkten gold van 19 maart tot 2 april, was achteraf bekeken nergens voor nodig, schrijft het Laatste Nieuws: in buurlanden nam de hamsterwoede even snel af als in België, ook zonder beperking op kortingen. De maatregel veroorzaakte wel een ander, ongewenst effect: de voorbije maand zijn de prijzen in Belgische supermarkten gemiddeld met 2,6% gestegen, volgens metingen van Daltix. 3.300 producten werden minstens 5% duurder, zon 1.500 daarvan stegen met 10% of meer. Het verschil met de buurlanden wordt groter: in Frankrijk zijn de prijzen sinds de coronacrisis gemiddeld met slechts 0,3% toegenomen, in Nederland met 0,4% en in Duitsland met 1%.

Toch zijn de standaardprijzen niet gestegen: de duurdere winkelkar is puur het gevolg van het wegvallen van kortingen, verklaart Alexander De Lancker van Daltix aan de krant. Het effect op het kasticket was het grootst bij Colruyt, wat logisch is omdat die keten reageert op alle promoties bij concurrenten – en die waren er plots niet meer. Dat veroorzaakte wel enige imagoschade voor de discounter, die dan ook snel weer stevig uitpakte met kortingen zodra dat kon. Maar niet alle ketens hebben dat voorbeeld meteen gevolgd. Terwijl Albert Heijn, Aldi, Lidl en Intermarché hun folderacties grotendeels weer hebben opgenomen, is dat nog niet het geval bij de nummers twee en drie op de markt: Delhaize en Carrefour. Daardoor blijft de promotiedruk laag: ze bedraagt zon 2%, tegenover gemiddeld 6% voor de coronacrisis. Dat is niet goed voor de prijsperceptie: consumenten verdenken supermarkten van bewuste prijsverhogingen.